Home
Haarlem en Leiden als bedevaartplaatsen

Sint Jan Baptist ook Johannes de Doper (gestorven circa 31). Feestdag 24 juni. Het leven van Sint Jan is een van de weinige heiligenlevens die in de Bijbel beschreven staan. Jan was een neef van Jezus. Kort nadat Jezus' moeder Maria zwanger was geraakt, ging zij bij haar nicht Elisabeth op bezoek, die op haar beurt weer zwanger was van Johannes.
Processie in Haarlem
De processie van de Sint Jan in Laren, bisdom Haarlem
Johannes preekte en doopte voordat Jezus dat ging doen en wordt dan ook wel de voorloper genoemd. Op zeker moment werd hij door Herodes gearresteerd en, nadat zijn dochter daarom gevraagd had, onthoofd. Er zijn verschillende schedels die als het hoofd van Johannes de Doper worden vereerd. De oudst bekende, afkomstig uit het bezit van de Byzantijnse keizers, ligt nu in een vitrine van het Topkapi-museum van Istanbul. Vernoemd naar sint Jan zijn de plaats Sint Jansklooster in de Overijselse gemeente Brederwiede, Sint Jansteen bij het Zeeuwse Hulst en Sintjohannesga in het Friese Haskerland. Al is het niet altijd duidelijk of niet Sint Jan de Evangelist (feestdag 27 december, gest. ca. 100) bedoeld wordt.
Met dank aan Marcel Zijlstra, Litt.: Lucas 1: 39-45, Lucas1:57-66; Lucas 3:1-22; Matteüs 14:1-12.

Sint Bavo ook Baaf (589-653?)
Feestdag 1 oktober Bavo werd omstreeks het jaar 589 in Midden-België geboren en onder de naam Alwin (Allowin, Alewijn, Adlowin, Adelwin en Allovin) gedoopt. De uit een aanzienlijke Haspengouws geslacht stammende knaap werd Bavo genoemd, een troetelnaam, verwant aan het Engelse 'baby'.

Bavo trouwde met de dochter van graaf Adilio. Uit dit huwelijk werd dochter Aggletrudis geboren. Bavo, eenmaal aangesteld als graaf van Haspengouw, voerde volgens de legende als wapen een gouden leeuw op een azuren veld. Bavo leefde een losbandig leven en was een tiran voor zijn onderdanen, of zoals zijn middeleeuwse biograaf het noemt: 'Hij volhardde in de zonde en brandde van wellust'.

Door de plotselinge dood van zijn vrouw, 'die hij vurig beminde', kwam hij tot inkeer, mede onder invloed van zijn vrome dochter. Hij besloot niet te hertrouwen. In die tijd predikte Amandus aan de oevers van de Schelde in een zeer woeste en ruwe streek, bekend als het 'woud zonder genade'.

Allowin bezocht hem en beleed zijn zonde. Amandus deed hem de ijdelheid van al het aardse inzien en ga hem hoop voor de toekomst. De boeteling keerde terug naar zijn landstreek, verzocht koning Dagobert hem te ontheffen van zijn ambt als graaf en Bavo verdeelde zijn bezit onder de armen. Vervolgens ging hij naar Gent, waar hij opgenomen wenste te worden in de Benediktijnenabdij van Sint Pieter.
Processie in Laren.

Bavo vergezelde de heilige Amandus op zijn missiereizen en deed veel werken van barmhartigheid. De laatste drie jaar van zijn leven trok hij zich terug als kluizenaar in een cel en leidde een leven van strenge boetvaardigheid. Waarschijnlijk stierf hij in het jaar 653, zeker vòòr het jaar 659. Bij zijn uitvaart gebeurde al gelijk een wonder. En al lange tijd door de duivel bezeten vrouw raakte zijn lijk aan en werd onmiddellijk genezen.

In 680 (volgens andere bronnen in 1010) wordt Bavo heilig verklaard. De abdij Ganda, op de samenvoeging van de Leie en de Schelde (Gent), waar hij werd begraven, werd naar hem omgedoopt in Sint Baafsbdij. Bavo werd na patroonheilige van het bisdom Gent ook de schutspatroon van Haarlem. Hij werd zelfs als redder van deze Hollandse stad beschouwd.

Toen de stad in 1268 door de Kennemers werd belegerd, hiertoe aangezet door Gijsbrecht van Amstel, verscheen Bavo als ridder in krijgsgewaad met opgeheven zwaard in de rechter- en valk in de linkerhand. Zijn verschijning op de wolken bracht ontsteltenis onder de belegeraars, die op de vlucht sloegen. Uit dankbaarheid maakten de bewoners van Haarlem sint Bavo tot hun schutspatroon en gaven hun hoofdkerk op de Grote Markt, tot dan toe aan Maria Hemelvaart gewijd, zijn naam. Het beeld van sint Bavo, hoog aan de buitenkant van het zuidertrancept, ontkomt de vernieling der beeldenstorm.

Volgens de legende sneed het zwaard van Bavo zelf de touwen door, waarmee drie beeldenstormers hem van zijn plaats wilden rukken. Hierdoor stortte de ladder waarop zij stonden neer en vielen deze Hervormden te pletter op de keien van de Oude Groenmarkt. Bavo's beeld zou tot 1982 zijn plaats aan de gevel van door de Hervormden geconfisceerde kerk houden. In mei van het daaropvolgende jaar werd het dankzij de BKR (Beeldende Kunstenaars Regeling) vervangen door een nieuw exemplaar van beeldhouwer Anne Hofte. Het oude beeld tegenwoordig in de zg. Kerstkapel van de kerk staat opgesteld.

Aangezien de Hervormden de Oude Sint Baaf (door hen de Grote Kerk genoemd) hadden ingepikt, bouwden de katholieken aan het einde van de vorige eeuw een nieuwe Sint Bavo, de  majestueuze kathedraal-basiliek met het gigantische groen-koperen ´paasei´ aan de Leidsevaart.    Litt. J. van Brabant, Sint Bavo, edelman, boeteling en monnik (1968); Thomas A. Delleman, Een rondleiding door de Grote of St.-Bavokerk te Haarlem (1985) - Met de heiligen het jaar rond deel II p 287 - Appendix Misboek Dominikanen/1473/1475 Missale Romanum Ned. editie (1955)
Donald Attwater, Dictionary of Saints (1983).

Leiden


Niet ver van het Leidse museum De Lakenhal draagt de straat nog steeds de naam waar volgens overlevering het in de middeleeuwen beroemde Mirakel van het Versteende Halve Brood zou hebben plaatsgevonden: de Mirakelsteeg. Tijdens de hongersnood van 1316 had een vrouw een brood weten te kopen, waarvan zij de ene helft op at en de andere helft wilde bewaren.

Toen een buurvrouw haar smeekte de andere helft aan haar te geven, zei de vrouw dat als zij nog meer brood is huis had dan wat zij zojuist had opgegeten, God dit in steen mocht veranderen, hetgeen prompt gebeurde. Dit mirakuleus versteende halve brood werd volgens een notariële acte uit 1574 bewaard in een vierkant roodkleurige relikwiekast dat aan een paal van de Sint Pieterskerk was bevestigd. Het werd in 1574 na het ontzet van Leiden door de protestanten van de paal weggehaald. Door toeval is het stenen brood bewaard gebleven en in 1950 in handen gekomen van het stedelijk museum De Lakenhal in Leiden. Alwaar het tijdens openingstijden op discrete wijze vereerd kan worden.

Sint Pancras
(Pancratius stierf rond 304).
Feestdag 12 mei Een van de zgn. IJsheiligen. De gemeente Sint Pancras (Noord Holland), tegenwoordig vastgegroeid aan Alkmaar Noord, is vernoemd naar de Romeinse martelaar Pancras, die begraven lag aan de Via Aurelianus. Verder is er historisch niets over Pancras bekend. De legende wil dat hij een jongen uit Phrygië was, die op 14-jarige leeftijd in Rome martelaar werd.

Paus Symmachus I (498-514) bouwde een kerk over het graf van deze martelaar: de San Pancrzio. Een eed, afgelegd in de Sint Pancraskerk te Rome, gold als bijzonder heilig in de Middeleeuwen. In die tijd genoot Pancras over heel Europa bijzondere verering. Zijn basilica, in het begin van de 17de eeuw stevig verbouwd, was een populaire pelgrimskerk en bewaard in het koor nog enkele van de oude zuilen. Naast Sint Pancras in Noord Holland is ook een wijk in Londen en een Londens station St. Pancras geheten. Dit naar de aan deze heilige gewijde parochiekerk.
Feestdag 12 mei. (heilige jaar rond/De santenkraam der roomse kerk 61.)

Sint Pieter
Ook Petrus. De plaats Sint Pieter in de gemeente Maastricht is vernoemd naar de broer van sint Andries. Sint Andries, ook Andreas, Dries, Andrew. In het hart van het Amsterdamse stadswapen staan drie zogenaamde Andrieskruizen. Tegenwoordig weten nog maar weinig mensen wie deze Andries (Andrew in het Engels) was. In de middeleeuwen wist iedere christen dat man in kwestie de apostel Andreas was, een simpele visser uit het Palestijnse Bethsaida. Als Johannes de Doper, een zonderlinge sprinkhanen en honing etende figuur in kameelharenhemd op een dag Jezus voorbij ziet gaan, wijst hij naar hem en zegt: Zie het Lam Gods. Andreas en een andere leerling van Johannes de Doper verlaten deze voor de man van wie hun meester gezegd had dat hij niet waardig genoeg was om de riem van zijn sandalen vast te maken. De twee volgen Jezus zonder Hem aan te durven spreken, zodat Jezus aan hen vraagt wat zij willen. Op hun vraag dat zij willen weten waar Hij verblijft nodigt Jezus hen uit mee te gaan.

 
Processie Laren

Andreas vertelt zijn broer Simon dat hij de Messias heeft gevonden en samen gaan ze naar hem toe. Aan Andreas is de eer om de eerste leerling van Jezus te worden, hoewel de eerste toch valt hij buiten de boot wanneer Jezus Petrus en de broers Johannes en Jacobus verkiest boven hem. Hij is het die bij de wonderbare broodvermenigvuldiging de jongen met de vijf broden en twee vissen tot Jezus brengt. En wanneer een stel Grieken aan de apostel Filuppus vraagt om Jezus te mogen spreken, gaat deze naar Andreas, waarna ze samen naar Jezus gaan.

Na de dood van Jezus wil de traditie dat Andries in het gebied rond de Zwarte Zee preekt en wordt Dries dé apostel van het Oosten en de beschermheilige van Rusland. Traditie wil dat Andries Stachys tot eerste bisschop van Byzantium wijdt. Zijn broer Petrus wordt in Rome ondersteboven gekruisigd. De Romeinse gouverneur Aegeas, bepaald geen lekkere jongen, besluit dat Andreas diagonaal moet worden gekruisigd. Om het lijden zo lang mogelijk te rekken wordt Andreas niet genageld maar met touwen gebonden. Na twee dagen zou hij op 30 november van het jaar 60 onder de regering van keizer Nero aan zijn einde zijn gekomen. In 357 worden de relikwieën van Andreas overgebracht naar de kerk van de Apostelen in Constantinopel, dat zich op Andreas beroept zoals Rome op zijn broer Petrus. Wanneer achthonderd jaar later de Fransen aan de macht komen, laat kardinaal Petrus van Capua het gebeente naar Italië overbrengen. Na de historische ontmoeting in 1964 tussen paus Paulus VI en patriarch Athenagoras van Constantinopel schenkt de laatste als groot gebaar een icoon waarop Petrus en Andreas elkaar omhelzen.

Niet lang daarna schenkt Paulus VI aan Constantinopel een reliekschrijn met het eeuwen eerder uit Istanbul geroofde hoofd van Andreas. Andreas is patroon van Rusland en Schotland, dat net als Amsterdam, Amstelveen en een aantal andere plaatsen het Andreaskruis in vlag en/of wapen opnamen. Ook is Andries beschermheilige van de vissers en wordt hij door trouwlustige paartjes aangeroepen om een gelukkig huwelijk en veel kinderen te krijgen. Eeuwenlang verkondigde men dat, wanneer trouwlustige meisjes hem op zijn feestdag (30 november) zou aanroepen, ze in de daaropvolgende nacht in hun droom hun toekomstige echtgenoot konden zien. Naar sint Andries is ook een plaats in Gelderland vernoemd (30fc38).

Sint Ouirillus. (kapel in Tetterode of Overveen)
Volgens de overlevering de 6de opvolger van de heilige Servatius als bisschop van Maastricht. Zijn relieken bevinden zich in de Maastrichtse Sint Servaaskerk. Op de zaterdag voor de derde zondag na pinksteren vierde men het feest van de heilige bisschoppen van Maastricht na Servaas: Agricolaus, Ursicinus, Designatus, Renatus, Supplicius, Ouirillus, Eucherius, Falco en Eucharius. Bovendien worden op deze massaviering ook de relieken van de heiligen Domitianus, Monulfus, Gondulfus, Perpetuus, Ebregisus, Johannes met het Lam, Remaclus, Theodardus en Lambertus. Officieel vierde men dan ook Hubertus. Hoewel zijn naam bij de viering in Maastricht zelf vroeger wat zachter werd uitgesproken als die van de overige ´Maastrichtse´ heiligen. Hubertus was namelijk de laatste bisschop van Maastricht en verplaatste de zetel naar Luik. Gelukkig kon men zich in Maastricht volledig uitleven op hun Sint Servaas, die als hoofdheilige een eigen feest had, hoewel hij ook op deze zaterdag voor de derde zondag na pinksteren mocht meedelen in de feestvreuge rond de heilige overblijfselen. Litt. C.Dereine, Les chanoines ruguliers au diocèse de Liège avant Saint-Norbert (1952); Donald Attwater, Dictionary of Saints (1983); Missale Romanum, volledige latijns-nederlandse uitgave 1430.