Home
Aanslag op Amsterdam mislukt, Ruychaver komt om

November 1577

Eén van de eerste kapiteins van de Nederlandse marine

Nicolaas Ruychaver, poorter van Amsterdam, staat bekend als gentleman-geus. Hij is gezagstrouw en maakt zich niet schuldig aan wreedheden. Ruychaver stamt uit een rijke Haarlemse familie en de mannen van zijn vendel zijn geen muitzieke, plunderende buitenlandse huurlingen, maar voornamelijk Hollanders waarvoor de bevolking minder te vrezen heeft.

Wapen van de familie Ruychaver: In blauw een leeuw van zilver en een vrijkwartier van blauw, beladen met een pijlenbundel van goud, aan de voet vergezeld van twee toegewende vogeltjes van hetzelfde.


Handtekening van Nicolaas Ruychaver. Hij belooft in dit akkoord, dat begin juni 1570 is gesloten, samen met andere watergeuzen de Amsterdamse oorlogsschepen in het Vlie te verdrijven. De kapiteins Menninck en Van Troyen ondertekenen het akkoord eveneens. Van Troyen kan niet schrijven en plaatst het kruis naast de handtekening van Ruychaver.

Rechts: Vermoedelijk is dit Nicolaas Ruychaver. Goltzius die net als Ruychaver uit Haarlem komt, maakte de gravure.

Ruychaver (spreek uit als ruik-haver) krijgt waarschijnlijk voor het eerst te maken met de vijand in de Waddenzee. De hertog van Alva geeft eind mei 1570 zijn admiraal Boschuysen opdracht de noordelijke kustwateren te zuiveren van geuzen.

Amsterdam heeft al drie schepen naar het Vlie tussen Vlieland en Terschelling gestuurd om deze belangrijke nauwe doorgang veilig te stellen voor aan- en afvarende schepen naar de Zuiderzee (Amsterdam en de IJsselsteden). Deze schepen uit Amsterdam verjagen de geuzenkapiteinen Ruychaver, Menninck en Van Troyen.

Zeeverbinding via Het Vlie

Admiraal Lumbres krijgt van Willem van Oranje opdracht de groepjes geuzenschepen samen te smeden tot één sterke geuzenvloot. Ruychaver en Van Bremen worden op 15 november 1570 benoemd tot kapiteins op 'een schip van oirloge'. Met wat fantasie kun je stellen dat zij de eerste kapiteins zijn van de nieuwe Nederlandse marine. Aan voedsel en munitie moeten zij zien te komen door vrijbuit ofwel rooftochten.

Paul Bril (1554-1626) schildert De Haven. Het schilderij geeft een goed beeld hoe de schepen in de tijd van de watergeuzen er uit zagen. Bron: Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België in Brussel.

Voor november 1570 bestaat de geuzenvloot uit tien schepen in Het Kanaal, tussen Wright en Dover, en zeventien schepen in het Eems-Dollard gebied. Deze Eemsvloot bestaat uit vier vaartuigen van Lancelot van Brederode, drie van Barthold Entens, twee van respectievelijk Nicolaas of Klaas Ruychaver, Nachtegaal van Vlissingen, Adriaan Menninck en Dirck van Bremen, en één boot van Ellert Vliechop en één Wouter Fransz. Kapers maken buit
Spaanse soldaat

De Eemsvloot maakt vette buit. Schepen met stokvis, haring en traan worden in beslag genomen. Het aantal geuzen stijgt ook gestaag. De Eemsvloot groeit tot 1000 man en 30 schepen. Willem van Oranje maakt plannen om West Friesland (Enkhuizen) en de Maasmond (Rotterdam) te veroveren. Maar van uitvoering komt niets terecht.

Eind 1570 houden de meeste geuzen zich koest. Het is winter. Alleen Ruychaver, Entens en Vliechop blijven actief. Ruychaver plundert een paar schepen in het Vlie en hij jaagt Zeeuwse vissers op de Maas de stuipen op het lijf. Op 18 februari vaart het drietal vanuit Norden in Oost Friesland weer naar het Vlie, verovert schepen om er bemanning en geschut op te plaatsen. Dan komt de Allerheiligenvloed die enorme stukken land in Friesland, Holland en Zeeland onderwater zet. Veel boeren worden werkloos. Het aantal geuzen stijgt opnieuw snel.

Nicolaas Ruychaver krijgt het commando over de Eemsvloot wanneer Lancelot van Brederode half april 1571 ziek wordt. In juni is Van Brederode genezen en treedt weer aan in zijn oude functie van admiraal. In september verschijnt Ruychaver opnieuw in het Waddengebied. De vloot is dan uiteengevallen, tot grote spijt van Willem van Oranje en zijn broer Lodewijk van Nassau. Een nieuw probleem is dat de graven van Oost-Friesland in het huidige Duitsland steeds vijandiger staan tegenover de geuzen. Allerheiligenvloed 1570

Nagespeelde bevrijding van Den Briel

De inname van Den Briel wordt elk jaar op 1 april nagespeeld.

Spionnen en gevangen genomen geuzen vertellen in november dat er een invasie op handen is. De geuzenvloot keert op 16 november terug naar de Engelse kust wanneer duidelijk wordt dat zo'n 250 Spaanse soldaten in Den Briel zijn gelegerd. Het schip van Ruychaver dat in La Rochelle ligt waar Lodewijk van Nassau zich bevindt, wordt niet in het plan betrokken. Waarom niet? Waren Van Oranje en Van Nassau wel op de hoogte van de poging tot verovering? Vijf maanden later lukt de aanval op Den Brielle wel. Ruychaver, die als gezagstrouw te boek staat, sluit zich dan wel aan bij de vloot onder Lumey en Blois van Treslong.
Wanneer het stadsbestuur van Haarlem onder druk wordt gezet partij te kiezen voor de geuzen, zegt het alleen een vendel geuzen onder leiding van Ruychaver te accepteren binnen de poorten. Maar alleen als de dreiging echt groot wordt. De familie van Ruychaver komt uit Haarlem en staat kennelijk goed te boek. Op 13 of 14 juli 1572 trekt Ruychaver met een vendel van 150 schutters Haarlem binnen om een overrompeling door de Spanjaarden, die in Amsterdam zijn samengetrokken, te voorkomen. Kloosters en kerken worden geplunderd om de oorlogskas van de prins te spekken. De geuzen worden ondergebracht in onder meer het Sint Jansklooster (bron).

Geuzen met hun bewapening

Glas-in-lood raam

Glas-in-lood raam met het wapen van Haarlem, waar Ruychaver oorspronkelijk vandaan komt.

Wanneer het beleg van Haarlem in december 1572 begint overlegt een Haarlemse kapitein met Ruychaver in Egmond. Zijn broer, Maarten Ruychaver, is thesauriër (penningmeester/minister van financiën) van het Noorderkwartier (West-Friesland) en geeft veel geld voor onderhoud van het Haarlemse garnizoen. Ruychaver helpt met zijn soldaten in oktober 1573 mee in de slag om de Zuiderzee waarbij hij stadhouder Bossu gevangen neemt.

Nicolaas Ruychaver brengt in 1574 zo'n 2000 geuzen Antwerpen binnen, in een poging de stad te veroveren. De aanslag lekt echter uit en een aantal samenzweerders wordt geëxecuteerd.
(bron: Een prince van Oraengien A.P. Bijl).

Nicolaas Ruychaver wordt in 1575 bevelhebber van Zierikzee. Spaanse troepen onder leiding van Mondragon belegeren Zierikzee. Mondragon biedt de stad zeer gunstige voorwaarden aan als ze zich overgeeft. De vroedschap besluit zich over te geven, maar Ruychaver schiet één van de heren in de arm. (bron A.P. Bijl). De bevolking heeft uit voorzorg het omringende land onder water gezet. Admiraal Boisot komt Ruychaver te hulp, maar zijn schip loopt vast en hij verdrinkt. In de zomer van 1576 zijn de reserves van Zierikzee uitgeput. Begin juli trekken de Spanjaarden de stad in. Maar enkele maanden later verlaten zij de stad al weer om muitend, salarissen hebben ze dan al lange tijd niet meer ontvangen, Brabant in te trekken. Na dit Spaanse beleg is de vroegere welvaart van Zierikzee nooit meer geheel teruggekeerd.

Ruychaver wordt in november 1577 ingeschakeld bij het plan van Sonoy en kolonel Herman Helling om Amsterdam bij verrassing in te nemen. Amsterdam heeft zich altijd tegen de prins, tegen de pacificatie en tegen de staten van Holland gekeerd. Ruychaver weet met zijn geuzen in Amsterdam te komen maar krijgt onvoldoende steun van Sonoy. Veel soldaten en geuzen sneuvelen.

Ruychaver vlucht maar wordt gevonden in een woning nabij de Varkensmarkt. Hij biedt 200 gouden kronen voor zijn leven, maar wordt toch afgemaakt. (bron: Pastoor Maarten Donk van P. Noordeloos)

Nicolaas en Maarten Ruychaver zijn vermoedelijk zonen van mr Willem Ruychaver. Hij vestigt zich in 1546 in het huis op de hoek van de Wijdesteeg aan Het Spaarne. Het huis is voorheen bekend als bierbrouwerij De Olifant. (bron: Zeven Eeuwen Haarlem van Jan Hoeben)

Boven: De aanslag op Amsterdam mislukt. Helling en Ruychaver komen daarbij om. Maar slechts enkele maanden later, op 8 februari 1578, valt Amsterdam alsnog in handen van de opstandelingen. Volgens de zogeheten Satisfactie komt er godsdienstvrijheid. In de praktijk vallen beeldenstormers echter de katholieke kerken en kloosters binnen en vernielen zoveel ze kunnen. Dat is koren op de molen van de Malcontenten.

Links: Nog een afbeelding van de 'uitdrijving van de prinselijke troepen uit Amsterdam op 23 november 1577. De print is van Hogenberg uit de universiteitsbibliotheek van Amsterdam. Rechts en links staan de schutters opgesteld met vlaggen die het wapen van Amsterdam dragen. In het midden staat kapitein Helling tussen zijn mannen en op de achtergrond is het oude stadhuis van op de Dam. Links buiten het beeld staat de Nieuwe Kerk.