Home
Swartenhondt verlost Twente van een tiran
16 december 1591
Joachim Hendrixsz legt hinderlaag bij Enschede dat 160 soldaten hun leven kost

Boven: Het Rijksmuseum Amsterdam bewaart een schilderij van luitenant-admiraal (vice-admiraal) Joachim Hendriks Swartenhondt van Holland.

Kapitein Alonso Mendo, commandant van het Rode Vaandel ruiters van Verdugo, terroriseert en plundert Oost Nederland en het Duitse gebied acher Lingen in de jaren rond 1591 en 1594. Hij plundert boeren voor voedsel en perst mensen geld af om loon aan soldaten te kunnen betalen. Het gaat niet goed met het Spaanse leger. Met zijn soldaten verandert Mendo Enschede in een roversnest. Hij plundert boerderijen in het gebied tussen Bentheim en Bathmen. Boeren in Twente klagen steen en been. Het Twickelarchief meldt dat ruiters van Mendo de kosterij van Hengelo in 1590 of 1591 in brand steken en de kerk vernielen. Het huis Hengelo is in 1591 overgegaan van de katholieke Adolf van Twickelo naar de 'ketterse' Frederik van Twickelo.

Voor sommige Spaanse soldaten lijkt niets meer heilig. Zelfs de belangrijke bedevaartplaats, de vermoedelijk 13e eeuwse Antoniuskapel in Enter, gaat er aan. Maar prins Maurits rukt met zijn staatse leger op en wil dankbaar gebruik maken van de impopulariteit van de Spaanse bezetters. De belangrijke stad aan de IJssellinie, Deventer, is bovendien net ingenomen. De moedige, staatse krijgsman Joachim of Jochem Hendriks (ook Heijndricxs), bijgenaamd de Zwarte Hond (Swartenhondt), wil op 25-jarige leeftijd een einde maken aan de guerrilla van Mendo en bedenkt een plan.

Swartenhondt, zo luidt zijn naam volgens de oude spelling, hoort bij de troepen van kapitein jonker Van den Ende. Onder leiding van prins Maurits hebben zij de soldaten in Spaanse dienst in de zomer van 1591 uit de belangrijke steden Zutphen en Deventer verjaagd. Daar hoort hij over de wandaden van Mendo. Swartenhondt die zelf gevangene is geweest op een Spaans galei, wil iets tegen de terreur doen.

Hij verkent een paar weken de omgeving van Enschede en keert op 13 december 1591 terug in Deventer met de nodige informatie voor een hinderlaag. Hij haalt de kapiteins Baal en Leppijn over tot een aanval. De kapiteins willen wel een wit voetje halen bij de Twentenaren en zeggen voor een geheime expeditie 200 ruiters en 260 voetknechten toe. De anders zo voorzichtige prins Maurits maakt voor Swartenhondt een uitzondering. Hij hoopt zich populair te maken in het vruchtbare Twente met de guerrilla-actie bij Enschede. Swartenhondt vertrekt twee dagen later op zoek naar een geschikte plek voor een hinderlaag.

Joachim vindt een bos in de omgeving van het erve Kemerink in Beckum bij de markegrens met Usselo. Hier kan hij zijn 460 scherpschutters goed verstoppen om de vijand in de moerassen te drijven. Wellicht maakt hij gebruik van de Harrevelderschans bij Haaksbergen die in 1590 is aangelegd. Volgens H. Pol in een schets uit Twente in 1596 verzint Swartenhondt een list om de vijand in de hinderlaag te lokken. Hij komt in contact met Egbert van de Boesscha die uit Holland is weggetrokken.

Rechts:
Koning Filips ll laat Jacob van Deventer militaire kaarten maken ergens tussen 1550 en 1570. Deze kaart van Enschede is waarschijnlijk de oudste kaart van het stadje die ooit is gemaakt. Enschede kende dubbele grachten. Ook Ootmarsum is in het begin van de Tachtigjarige Oorlog flink versterkt door Spaanse troepen.

Enschede rond 1550 - 1570

De Oude Kerk van Enschede

Boven:
De Grote Kerk van Enschede aan de Oude Markt is ontstaan uit een éénbeukige romaanse kerk die gebouwd is in of rond het jaar 1200. (foto Marcel Tettero)

Eerst zet Joachim Hendriks een overval in scene op de hoeve van Egbert van de Boesscha. Hij laat één jongen ontsnappen om de Spaanse commandant van het garnizoen in Enschede uit de tent te lokken. Het plan lukt. Mendo, in 1591 commandant van Enschede, gaat met 200 ruiters op pad. In de sneeuw ontdekt hij snel het spoor van de zes tot tien rovers. Bij Erve Kemerink slaan de scherpschutters van Zwarte Hond toe. Ze schieten tientallen ruiters van hun paard. In paniek galopperen de overgebleven soldaten de andere kant op, linea reacta naar het uitgestrekte moerasgebied waar de Wolfkaterbeek ontspringt. Vermoedelijk is een groot aantal (160) Spaanse soldaten vermoord door musketvuur en verdronken in het moeras. De rest, zo'n 40 man, is gevangen genomen. Of Mendo de hinderlaag overleeft is niet duidelijk.

In 1597 heeft Enschede nog een bezetting van 108 soldaten in Spaanse dienst. Vasques en Grootveld blazen op 19 oktober 1597 de aftocht nadat zij een groot leger van prins Maurits met veel kanonnen bij de stadspoorten van Enschede zien verschijnen. De vestingwerken zijn na de overgave afgebroken en een deel van de grachten dichtgegooid zodat de Spanjaarden Enschede niet opnieuw tot een vesting kunnen omtoveren. Oldenzaal is de enige stad in Twente mag de verdedigingswerken houden. Zie ook: Alonso Mendo, de wrede rechterhand van Verdugo.

Swartenhondt wordt admiraal
Swartenhondt is in 1566 als Jochem of Joachim Heyndricxz aan de Zeedijk in Amsterdam geboren. De naam Swartenhondt ontleent hij aan zijn geboortehuis. Hij is pas elf jaar wanneer zijn beide ouders overlijden. Hij trekt dan de wijde wereld in en wordt matroos, maar raakt al snel in Spaanse gevangenschap. Als slaaf roeit hij op een Spaanse galei en is in 1588 gedwongen mee te bouwen aan de onoverwinnelijke vloot, de Spaanse armada. Joachim ontsnapt met een schip uit Medemblik. Terug op Nederlandse bodem verschaft hij de Staten van Zeeland waardevolle informatie over de vijandelijke armada. Op 22-jarige leeftijd helpt de matroos voor de Vlaamse kust mee het leger van Parma te beletten zich in te schepen. De armada moet het leger overbrengen naar Engeland, waar Elisabeth uit angst het bijna in haar broek doet. Maar admiraal Justinus van Nassau van Zeeland weet dat te voorkomen. Toch wil Swartenhondt weer vast voet aan wal. Kapitein Van den Ende neemt hem in dienst als soldaat.

Na de stunt met Mendo gaat Swartenhondt toch weer naar zee. Hij moet voor de admiraliteit van Amsterdam piraten uit Duinkerken en Calais de voet dwars zetten. Swartenhondt helpt prins Maurits bij het beleg van Den Bosch maar in 1579 is hij opnieuw op zee. Vijf kaperschepen vallen tevergeefs zijn Gulden Arend aan. In 1599 is hij kapitein van de Gulden Leeuw dat 154 opvarenden telt en tot de vloot van admiraal Pieter van der Does behoort.

Voor de kust van Portugal verovert hij onder admiraal Van Wassenaer Obdam zes schepen met waardevol rietsuiker in 1602. Het volgende jaar is hij vice-admiraal en behaalt veel buit op een reis naar Brazilië en de Antillen. Hij begeleidt daarna koopvaardijschepen op de Middellandse Zee. Swartenhondt wordt in 1621 admiraal. Hij vaart op de Zeelandia dat 40 stukken geschut telt. Nadat hij een Spaanse vloot de grond in boort gaan de vlaggen uit. Prins Maurits huldigt hem als een echte held. De zeeheld sterft in 1627.

Boven: De vrouw van Swartenhondt, Elisabeth Bas of Elisabeth van Kampen, wordt beroemd nadat een sigarenmerk naar haar wordt genoemd. Op dit sigarenbandje is een schilderij afgebeeld van Ferdinand Bol, een leerling van Rembrandt aan wie het werk eerst is toegeschreven. bron.

Een boek van M. van der Duin over admiraal Swartenhondt, een vergeten zeeheld uit de zestiende eeuw, is via internet voor zeven tot acht euro te koop. Bronnen: Boldingh Swartenhondt in Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek 1912 en A. Benthem geschiendenis van Enschede 1920. Rijksmuseum Amsterdam.
Ganzebos bij Boekelo  en Beckum Links: Het gebied tussen Boekelo en Beckum rond de gemeentegrens van Enschede en Hengelo ligt laag. Hier was vroeger een groot moeras en veel bos, een ideale plek voor een hinderlaag.
Rechts: Rond de Ganzebosweg ligt een laag terrein. De weg verbindt Boekelo met Beckum. Vroeger was dit een groot moeras. Hier zou Swartenhondt een hinderlaag hebben gelegd waarbij 160 soldaten in Spaanse dienst de dood vonden. Ganzebos tussen  Boekelo en Beckum
Wolfkaterweg bij  Beckum Links: De soldaten uit Enschede kwamen om in de omgeving van de Wolfkatebeek. De Wolfkaterweg in Beckum ligt in de omgeving van de plek waar de Wolfkaterbeek bij het moeras ontspringt. Usselo, waar Swartenhondt een boerderij overviel en de Spaanse soldaten uit de tent (Enschede) lokte, ligt hier op zes kilometer afstand.
Rechts: De Wolfkatebeek is genoemd naar Erve Wolfkate. Bij het erve in Beckum is nu een chaletpark. Het waterschap Regge en Dinkel heeft in 2008 een deel van de Wolfkatebeek haar oude meanderende loop teruggegeven. Je kunt in deze omgeving ideaal wandelen en fietsen.

Bronnen: Klaas Jan Uildriks Stichting Historische Societeit Enschede-Lonneker, Snuif, Wikipedia, Old Hengelo
Wolfkotte