Home

De Vliegende Duivel als predikant

circa 1535 - 1603

Herman Stricker trekt duizenden naar de hagenpreken en wordt kapitein in het geuzenleger

Een predikanten trekken duizenden. Hagenpreken heten zulke bijeenkomsten.

Boven: De predikant Herman Stricker (Moded) trekt na een week duizenden buiten de poorten van Antwerpen voor een hagenpreek. Bewapende edelen en heel veel armen. Schilder S. de Poorter maakt dit romantische werk in 1841.

Een onderbelicht aspect van het ontstaan van de Tachtigjarige Oorlog is de opkomst van het calvinisme en met name de rol van de predikant Herman Stricker in de Lage Landen. De aanhang van het calvinisme is nog relatief klein maar zij krijgt toch de macht in handen in Holland en Zeeland. In Gent mislukt dit. Willem van Oranje voorkomt dit persoonlijk. Op 2 december 1578 is de prins in Gent om de godsdienstvrijheid te handhaven. Niet lang daarna vertrekken radicale predikanten als Datheen en Moded (Herman Stricker) uit Gent. De prins wint. Maar voor hoe lang?

Willem van Oranje gaat heel laat, pas eind 1573 of 1574, zelf over naar het nieuwe, calvinistische geloof waarvan vaak extremistische 'rebellen' lid zijn. Hij zegt dan pas zijn lutherse geloof dat zijn moeder hem in prentte vaarwel. De predikanten spelen een uiterst belangrijke rol bij de geestelijke verzorging van Willem van Oranje in deze verschrikkelijke tijd. Soldaten sneuvelen bij duizenden en slepen arme horden burgers mee in hun lot.

Een belangrijke, maar vrijwel vergeten predikant is Moded. Enige tijd is hij de rechterhand van de beruchte Lumey, graaf Willem van de Marck, admiraal van de watergeuzen die op 1 april 1572 Den Briel innemen en zo een begin maken met de vorming van de staat der Nederlanden.

Hebreeuws
Modeds echte naam is Herman Stricker of Herman de Strijker. Je naam vertalen in het Hebreeuws geeft de strijd tegen de Spaanse (huur)soldaten een sterk religieus karakter en dus ook meer overtuigingskracht. Herman Stricker komt uit de vestingsstad Zwolle. Zijn ouders zijn straatarm. Toch klimt hij op tot hoogleraar aan de universiteit van Keulen en wordt hij hofprediker van de koning van Denemarken in Kopenhagen.

Kasteel Kopenhagen Denemarken

Boven: De koning van Denemarken bouwt zich een flink kasteel vanaf 1571, vrijwel aan het begin van de reformatie.

Vismarkt Antwerpen

Boven: Herman Stricker redt enkele gevangenen uit handen van hun bewakers op de Vismarkt in Antwerpen. Schilderij van Jan Michiel Ruyten uit 1841.

De predikant reist op 11 maart 1560 via Emden aan de Dollard bij Groningen naar Antwerpen om de nieuwe denkbeelden van Calvijn te verspreiden. Hij bezoekt Gorkum (Gorinchem), Den Bosch ('s-Hertogenbosch) en Breda. Maar hij moeten vluchten voor de inquisitie (de Spaanse kerkelijke rechtbank).

Gevangen
Twee keer ontsnapt hij uit een kerker en in 1562 redt hij op de Vismarkt in Antwerpen zelfs enkele gevangenen uit handen van hun bewakers. Als antwoord plaatst de overheid een prijs van 100 pond op z'n hoofd, dead or alive. De waaghals Herman Stricker gaat vervolgens op pad om het losgeld voor zichzelf op te eisen.

Een belangrijk moment in de opstand tegen de koning van Spanje is het besluit van het concilie van Trente. Bedoeld om de misstanden in de katholieke kerk aan te pakken, bezorgt het een mogelijke godsdienstvrijheid in de Lage Landen de doodsteek. Willem van Oranje krijgt niet zijn zin.

De Spaanse koning staat nu alleen het katholieke geloof nog toe. Dan maar illegaal werken, denkt Stricker. Predikanten houden in het geheim, aanvankelijk nog buiten de stad, bijeenkomsten die de naam Hagenpreken krijgen. Herman Stricker duikt onder in kasteel Batenburg. Eén van de broers Willem, Karel, Gijsbert of Dirk van Bronckhorst Batenburg reist met Stricker van zijn schuilplaats aan de Maas naar Oudenaarde, de geboorteplaats van Margaretha van Parma. Op 14 juni 1566 houdt charismatische Herman Stricker zijn eerste hagenpreek. Al snel stromen ook in Gent en Wonderghem duizenden op hem af.

Antwerpen krijgt op 24 juni de eerste hagenpreek. Op 30 juni, nog geen week later, zouden al 20.000 mensen naar de preek van Stricker luisteren, schrijft getuige Van Haecht. Het is bloed en bloedheet in het open veld. Mensen vallen flauw. Een kerkgebouw kon dat voorkomen.

Wanneer edelen in juli in het geheim vergaderen is Stricker van de partij. Er wordt flink gedronken en Vivent les gueux geroepen. Wat doen de troepen van de landvoogdes, Margaretha van Parma? De opstandelingen versterkten Antwerpen, waar Willem van Oranje burggraaf is, tegen een mogelijke aanval.

Gewapende opstand
Stricker dringt op een bijeenkomst in juli aan op een gewapende opstand, zo verklikt een spion aan de landvoogdes. Behalve de Grote Geus, Hendrik van Brederode, zijn ook de broers Van Bronckhorst Batenburg, Pierre d'Andelot en Nicolaas van Hames naar Sint Truiden gekomen voor overleg. Spionnen loeren overal.

Stricker houdt op 9 augustus een preek in de parochiekerk van Eeklo. Hij komt met veel aanhangers en logeert bij de schout, het hoofd van de politie dat tevens rechter is. De ontevredenheid is groot wanneer de graanprijzen, ondanks een goede oogst, toch weer stijgen. Nieuwe soldaten zijn in het land en met hun paarden drijven zij de prijzen op. Een beeldenstorm is het gevolg. Hongerige mensen onder leiding van calvinisten slaan beelden in kerken en kloosters stuk. De beeldenstorm teistert vooral eerst Vlaanderen en Brabant, dan Holland en Gelderland.

Kasteel Sint Truiden

Boven: Kasteel Oerdingen in Sint Truiden. Mogelijk kwamen hier de predikant Herman Stricker samen met een aantal edelen onder wie Hendrik van Brederode praten over een gewapende opstand.

Oude vestingsstad Hasselt

Boven: In de oude vestingsstad Hasselt verschanste Herman Stricker zich en hij krijgt hulp. Lumey komt met zijn 'Vossestaarten' de bezetting ondersteunen. Wanneer de graaf Willem van de Marck, zoals de heer van Lummen (Lumey) eigenlijk heet, z'n biezen pakt snelt Stricker naar Antwerpen om hulp van het geuzenleger van Jan van Marnix te vragen. Even later verslaan koninklijke troepen het geuzenleger in Oosterweel. Stricker kijkt woedend toe.

Met name Herman Stricker krijgt de schuld. Hij zou de mensen tot de vernielingen hebben aangezet. Hij roept de edelen en arme burgers op tot het verwoesten van eigendommen van de katholieke kerk. Stricker is in Antwerpen wanneer 'ketters' beelden verwoesten. Hij verklaart zelf dat hij een poging heeft gedaan de beeldenstorm te stoppen. Met de overheid van Gent onderhandelt hij eind augustus over een kerk voor de gereformeerden. Wanneer dat op niets uitloopt verhard hij kennelijk zijn houding. Hij grijpt naar de wapens.

Legerkapitein
Herman Stricker krijgt de bijnaam de Vliegende Duivel omdat hij in deze tijd op veel plaatsen vlak na elkaar verschijnt. Hij eist in december 1566 van de burgemeester van Hasselt dat hij binnen de stadsmuren mag preken. Even later reist hij al weer via Maastricht naar het kasteel Franchimont van Lumey. Een paar dagen later verschijnt Lumey met zijn mannen in Hasselt. De bisschop van Luik wil de oproerkraaier Stricker uit Hasselt weg hebben, want de calvinisten blijven maar bijeenkomen op de markt. Een kerkgebouw krijgen zij niet waarna de calvinisten eind januari 1567 beelden in een katholieke kerk vernielen. Honderd daalders krijgt degene die Stricker aan de bisschop uitlevert. De bisschop van Luik omsingelt daarna de stad met zijn troepen.

De ruïne van kasteel Franchimont van Lumey

Franchimont van Lumey

Links en boven: Kasteel Franchimont is één van de bezittingen van Willem van der Marck, beter bekend als Lumey. Zijn moeder is een Van Wassenaer en hij is een neef van Hendrik van Brederode. Predikant Herman Stricker vraagt Lumey op kasteel Franchimont om hulp van zijn Vossestaarten. Lumey schiet te hulp. Van het kasteel is een ruïne over die langzamerhand weer wordt opgeknapt en is opengesteld voor publiek.

De uitstekend van de tongriem gesneden Stricker ontpopt zich tijdens de belegering van Hasselt als een uitstekend kapitein. Tijdens een uitval verliest de bisschop kanonnen en een artilleriecommandant aan de opstandelingen. Lumey staakt de strijd echter eind februari. De situatie lijkt hopeloos.

Na een nieuw bombardement verlaat ook Stricker de stad. Dat gebeurt rond 10 maart. Hij vraagt Jan van Marnix, heer van Toulouse, die met zijn geuzenleger bij Oosterweel, dichtbij Antwerpen, bivakkeert om hulp voor de burgers van Hasselt. Maar Jan van Marnix weigert. Hij kan geen soldaat missen.

Wanneer Filips van Lannoy, heer van Beauvoir, het leger van Jan van Marnix aanvalt en Willem van Oranje hulp uit Antwerpen tegenhoudt, kookt Herman Stricker van woede. Hij moet machteloos vanaf de muren van Antwerpen toekijken hoe het geuzenleger onder de voet wordt gelopen. Veel calvinisten verwijten de Zwijger lafheid. Maar hulp zou zelfmoord zijn geweest, zo oordeelt de prins, waarna iemand uit de menigte een poging zou hebben gedaan hem neer te schieten.

Antwerpen

Boven: De hertog van Alva verjaagt veel protestanten uit Antwerpen een jaar na de beeldenstorm van 1566. Plunderende Spaanse muiters uit Zierikzee verwoesten deze belangrijke havenstad in 1576. Wanneer Alexander Farnese, de hertog van Parma, Antwerpen na een zwaar beleg in 1585 inneemt is het definitief gedaan met de grootste haven in Europa. De stad loopt leeg.

Geuzen voor overleg bijeen

Boven: Geuzen gaan aan land bij Den Briel. Herman Stricker stuurt binnen tien dagen 900 Engelse soldaten uit Norwich waar hij preekt. De mannen gaan bij Vlissingen en Veere aan land.

Nadat de hertog van Alva met een legermacht alle aanhangers van het nieuwe geloof het land uit jaagt vestigt Stricker zich in Norwich, Engeland waar hij predikant is van de hervormde gemeente. Wanneer zijn vriend Lumey Den Briel verovert stuurt hij onmiddellijk 900 soldaten uit Engeland naar Vlissingen en Veere. Vlissingen is de tweede stad die zich bij de geuzen aansluit. Herman Stricker krijgt hiervoor later een pensioen van de nieuwe Nederlandse staat.

De predikant zou de soldaten zijn nagereisd, want na de verovering van Zierikzee in augustus 1572 zou hij er voor zorgen dat vrijwel alle inwoners van Schouwen zich aansluiten bij het nieuwe geloof. (bron H. Uil) Stricker vestigt zich daarna met zijn vrouw Barbara in Wezel aan de Rijn, niet ver van Nijmegen. Charlotte van Bourbon, de derde vrouw van Willem van Oranje, noemt Stricker, die de naam Moded draagt, spottend Immoded (onbescheiden). Op 1 oktober 1572 krijgen de orthodoxe calvinisten onder wie Moded en Dathleen de overhand over de rekkelijken. Willem van Oranje benoemt een jaar later Datheen als adviseur.

Volgens A.P. Bijl komt 'Herman Moded' op 5 oktober 1578 in Gent aan, drie weken nadat de synode Datheen stuurt. In Gent dreigt een burgeroorlog tussen katholieken en calvinisten. Herman Stricker preekt op 9 november 1578 in de Sint Baafs in Gent fel tegen de katholieke kerk. Er dreigt weer oorlog, twee jaar na de Vrede van Gent. Willem van Oranje dringt bij Hembyze aan op het handhaven van de godsdienstvrijheid in Gent. Maar Hembyze weigert zolang er een Oranje, vijandig gezind leger Malcontenten in de buurt is.

Wanneer in Gent de predikant Beutterich de prins uitmaakt voor een atheïst gaat hij persoonlijk naar Gent om er de calvinisten de kast uit te vegen. Datheen en Moded verlaten de stad enkele dagen of enkele weken nadat Willem van Oranje er komt om de meningsverschillen uit de weg te ruimen. Van Oranje blijft er tot 19 januari 1579. De prins wil dat na Gent nu ook de Malcontenten zich aansluiten bij de Staten-Generaal. Maar de Waalse gewesten willen geen godsdienstvrijheid. Alleen het katholieke geloof is er toegestaan, zo leggen zij vast op 6 januari 1578 in de Unie van Atrecht. De troepen van de Malcontenten treden in april 1579 zelfs in dienst van de hertog van Parma, voor de Spaanse koning. De oorlog ontbrandt opnieuw.

In 1581, wanneer het ontstaan van de nieuwe staat Nederland op papier komt, het land een grondwet moet krijgen en de koning van Spanje wordt afgezworen, krijgt Stricker de opdracht de Bijbel uit het Hebreeuws, waarin het boek oorspronkelijke is geschreven, te vertalen. Met dit werk is hij in 1592 in Emden nog bezig. Herman Stricker overlijdt in 1603 in Middelburg.

Bronnen:
Frederich Schiller, opstand in de Nederlanden, Lumey, de Vossestaart van Ton Oosterhuis, de prince van Oraengien van A.P. Bijl en Oorlog mijn arme schapen van Ronald de Graaf. Zie ook: Universiteit van Leiden over Moded ofwel Herman Stricker en Wikipedia.