Restaurant Kraantje Lek
in Tetterode
Geïnvesteerd of uitgebreid is er in 450 jaar tijd zo min mogelijk
De liefhebber van romantiek waant zich in Kraantje Lek eeuwen terug. Toen de `viswijven` met hun lege, stinkende emmers terug kwamen van de markt in Haarlem, toen Frans Hals in de jaghtkamer een nieuw meesterwerk maakte of Godfried Bomans zijn nieuwe teksten overdacht.

In de jaghtkamer hangt een kopie van een fraai 17e eeuwse pentekening met een Zicht op Haarlem vanuit Tetrode, zoals door Frans Hals en Jacob Ruysdael er zo veel zijn geschilderd.

In de jaghtkamer verbleven beroemdheden als Frans Hals en Godfried Bomans
`Waar vernieuwing achteruitgang is... ` Kraantje Lek is zelfs nog zo klein gebleven dat je je letterlijk tussen het gaas aan de Duinlustweg en een oude eik door moet persen om bij enkele schommels te komen. Maar de sfeer is er zoals alleen op een landgoed kan zijn. Staatsbosbeheer, eigenares van Elswout, verpacht Kraantje Lek en vele andere gebouwen in de directe omgeving. Ze stralen de kracht van hun ouderdom uit. De groen/rode luiken bieden al eeuwen voldoende bescherming.
Een oude kaart van Kraantje Lek Kraantje Lek is door de eeuwen heen nauwelijks veranderd. De Duinlustweg, de enige weg waarop je van Overveen naar Aerdenhout rijdt met de auto, scheert vlak langs de uitspanning. Achter het pand voert een houten trap naar de top van De Blinkert (8,5 m), waarachter de Kraanvlakte en uiteindelijk Zandvoort ligt. De boom links stierf jaren geleden waarna er een holle boom restte.

Haarlemmers kennen Kraantje Lek tegenwoordig ook onder de naam De Holle boom.

De herberg Kraantje Lek ligt aan de westzijde van de voormalige buurtschap Tetterode.

Kraantje Lek lag aan de westzijde van de buurtschap Tetterode. Aan de andere kant, oostzijde, van Tetterode ligt het Wapen van Kennemerland, voorheen de Stinkende Emmer. Beide horecagelegenheden werden bezocht door de `viswijven`, tegenwoordig heeft dit woord een denigrerende lading gekregen. De mannen visten `s nachts op zee in Zandvoort en de vrouwen en soms kinderen gingen `s morgen zo`n tien kilometer lopen naar de markt van Haarlem. Ze liepen vaak langs het reghthuis  in Tetterode en dan via de Zijlstraat naar de markt in Haarlem. Op hun ruggen droegen ze de zware manden met vis.

Bij de Stinkende Emmer werden de voeten van zand ontdaan en gewassen. Op de terugweg werd een goede handelsdag er soms even beklonken. Van Haarlem, door het veen - Overveen- via de duinen naar Zandvoort (letterlijk: een pad door het (duin)zand).

Slechts zo`n honderd meter achter Kraantje Lek, dat aan de voet van De Blinkert ligt, is het treintje (de sprinter) vanaf De Blinkert af en toe goed  te horen. De duinheuvel De Blinkert is zo`n acht meter hoog. Het uitzichtspunt aan de rand van het duingebied is voorzien van een houten trap die ver boven Kraantje Lek uit torent.

De sprinter tussen Haarlem - Zandvoort stopt in Overveen aan de Tetterodeweg

Een van de mooiste fietspaden in ons land voert door de natuur van de duinen tussen Zandvoort en Haarlem, bijna parallel aan de spoorlijn Zandvoort - Overveen - Haarlem. Er is nog steeds een zogeheten Vispad waar alleen fietsers en ruiters mogen komen. Bij restaurant Kraantje Lek kom je weer in de bewoonde wereld. De fundering van een mogelijk jachtslot Tetrode is hier ergens onder het duinzand verdwenen, vermoeden sommigen.
Kraantje Lek ligt ingeklemd tussen De Duinlistweg en De Blinkert De Duinlustweg aan de rand van het landgoed Elswout scheert rakelings langs Kraantje Lek. Samen met de huidige Elswoutlaan, was deze weg strategisch gelegen als één van twee noord - zuid verbindingsweg in het laat Middeleeuwse Holland, letterlijk `Holland op z`n smalst`.

Het langgerekt veengebied naast Haarlem en het toenmalige Tetterode strekte zich wel dertig kilometer uit, waardoor beide plaatsen soms geïsoleerd van elkaar werden, bijvoorbeeld tijdens overstromingen.

Aan het einde van de Ramplaan ligt de oude herberg De Stinkende Emmer in Tetterode (nu het Wapen van Kennemerland).

De holle boom bij
Kraantje Lek
Cobi Schreijer
EP Dag Haarlem!/196?
Lennaert Nijgh/Cobi Schreijer
In de tijd waarvan ik nu vertellen ga
was een vrouw nog alleen maar een dame
en ze had nog geen sex en geen NVSH,
ze kon alleen maar blozen of zich schamen.

Maar zelfs in die tijd stelden kinderen de vraag
waarop alle ouders toen zwegen,
want de ooievaar, ach,
dat was meer voor Den Haag,

hier in Haarlem was men toch niet zo verlegen.
In Haarlem zei een moeder
tot haar dochtertje: m'n kind,
jij bent hier gebracht door de westenwind,
jij komt gewoon, al vind je 't gek,
uit de holle boom bij Kraantje Lek.

De holle boom, de volle boom,
de hoge holle toverboom,
de holle boom, de volle boom,
de boom bij Kraantje Lek.

Maar het meisje werd wat ouder en dacht na
en om er meer van te weten te komen
ging ze op een lentedag de vlinders achterna
tot waar de Blinkert oprijst uit de groene bomen.
Daar liep ze verloren en eenzaam in 't rond
en kwam er langs duinen en dalen,
totdat haar een andere wandelaar vond
en ze gingen met z'n beiden verder dwalen.

Maar toen werd de hemel donker
en een regenbui brak los
en ze scholen samen in het bos
en waar was de enige droge plek?
In de holle boom bij Kraantje Lek.

Na de regen en het onweer kwam de zon
en de nevel steeg op uit de weiden
en de warme wind droogde haar natte japon
en de leeuwerik zong liedjes voor hen beiden.

Ze kwam thuis in het maanlicht
en haar ouders waren kwaad
en ze vroegen: waar heb je gezeten?
Maar ze zei: beter nu laat dan later te laat
en ze dacht: dat zullen jullie zelf wel weten.

Want m'n moeder had gelijk,
ik weet nu waar je zoiets vindt,
ik haalde daar zelf m'n eigen kind.
Nee, dat idee was lang niet gek,
uit de holle boom van Kraantje Lek.

De holle boom, de volle boom,
de hoge holle toverboom,
de holle boom, de volle boom,
de boom bij Kraantje Lek.

Deze kaart is vermoedelijk gemaakt rond 1910.
Uitgeverij Weenenk & Snel in Den Haag. De holle
boom bij Kraantje Lek zou er al tijdens het
beleg van Haarlem in 1572 en 1573 hebben gestaan.